preheader-website
header-website1

Type 1 sensitisaties lijken frequenter voor te komen bij mannen dan bij vrouwen

Uit een studie (LIFE) die de prevalentie van type-1 sensitisaties onderzocht in en rond het Oost-Duitse Leipzig en eventuele associaties bekeek met leeftijd, geslacht en socioeconomische status blijkt dat mannen frequenter type-1 sensitisaties hebben dan vrouwen. De initiële fase van de LIFE populatiestudie omvat sociodemografische en socio-economische data van 1.785 volwassen personen. In de studiepopulatie was 48.2% man, lag de leeftijd tussen 21 en 79 jaar en was 97,4 % ouder dan 39 jaar. Onderzoekers van de studie namen allergie-interviews af bij deelnemers aan de studie en deden bij hen een huidpriktest (SPT, 6 aëro-allergenen/ALK-Abello) en Cap-FEIA voor IgE-bepalingen (positief: tIgE >100 kU/l, sx1/fx5 ≥ 0.7 kU/l).

Honderdvierentwintig patiënten in de studie (6,9%) werden ingedeeld in sociaal-economische klasse 1, 1.071 personen zaten in klasse 2 (60%) en de overige 590 werden ingedeeld in klasse 3 (33,1%). Resultaten van de allergie-interviews worden samengevat in dia 1 bij dit verslag. Hieruit blijkt voornamelijk dat vrouwen frequenter aangaven een allergie te hebben dan mannen (71,3% versus 54,7%). Bruikbare SPT-data waren beschikbaar voor 1.018 personen (57%). Honderdnegentien personen (11,9%) waren positief voor minstens 1 allergeen. Uit een analyse per geslacht bleek dat 15,4% van de mannen positief reageerde op minstens 1 allergeen tegenover 8,6% van de vrouwen. Uit de IgE-test bleek dat tIgE positief was bij 629 personen (35,2%): 145 (23,1%); sx1 en fx5 (787/44.1%): sx1 201 (25,8%), fx5 18 (2.3%). tIgE en sx1 bleken bovendien hoger bij mannen dan bij vrouwen in alle onderzochte leeftijdsgroepen. Verder stelde men geen associatie vast tussen de sociaal-economische status en de prevalentie van enige vorm van allergie of sensitisatie.

Samengevat blijkt uit deze Duitse populatiestudie dat vrouwen frequenter aangaven een allergie te hebben dan mannen, terwijl SPT en IgE-waarden vaker positief waren bij mannen. Mogelijke verklaringen hiervoor zijn dat vrouwen meer last hebben van niet-IgE gemedieerde hypersensitiviteit, dat mannen allergische symptomen onderschatten, of dat er sprake is van een bepaalde rapportage- of selectiebias in de studie. De huidige populatie in de LIFE-studie vertoont bepaalde afwijkingen ten opzichte van de totale populatiestructuur en kan dus niet gezien worden als representatief voor de totale populatie. De studie wordt echter nog verder uitgebreid met als uiteindelijk doel een onderzoekscohort van 10.000 personen te bereiken.

Voor meer informatie, zie: www.life.uni-leipzig.de

Referentie

R. Treudler, P. Ahnert, J.C. Simon et al. Leipzig Research Center for Civilization diseases (LIFE): first data from a population study show type 1 sensitizations being more frequent in men than in women. Presented at EAACI 2013, abstract 246.

Spreker Regina Treudler

Treudler

Regina Treudler, MD, PhD,
Universität Leipzig, Dept. of Dermatology, Leipzig, Germany

 

Zie: Keyslides

Back to Top